De geschiedenis van Talbot leest als een jongensboek. Teruggaand naar het begin van de jaren '30 van de vorige eeuw, wachtte Frankrijk geduldig op de depressie die Amerika had getroffen om op de voorgrond te komen. In 1932 kwam de crash en in 1933 was al het kapitaal van Talbot verdampt. De in Italië geboren succesvolle zakenman Anthony Lago werd door de Britse mede-eigenaren naar Frankrijk gestuurd om het schip te redden van de ondergang. Tussen 1933 en 1935 werkte Lago onvermoeibaar om de volledige rechten op Talbot te verkrijgen. Tegen het einde van 1934 was de deal rond. Ondertussen was Lago stiekem begonnen met plannen voor een hele nieuwe lijn en motoren. De Britten werden natuurlijk in het ongewisse gehouden om te voorkomen dat de vraagprijs opdreef. Hij had besloten een aantal modellen stop te zetten, andere verder te ontwikkelen en compleet nieuwe te bedenken. De verdere ontwikkeling van de motor en transmissie omvatte de introductie van de Wilson pre-select 4-versnellingsbak. De keuze voor deze specifieke versnellingsbak was niet zo verwonderlijk aangezien Anthony Lago eigenaar was van het patent voor dit stukje technologie.
Vanaf 1933 werkte Lago samen met Joseph Figoni aan de ontwikkeling van een nieuw chassis, een gok die zich de komende jaren rijkelijk zou uitbetalen. Talbot kon, in tegenstelling tot zijn concurrenten zoals Delahaye, zijn eigen carrosserie fabriceren. In die tijd was het heel normaal om een rollend chassis naar keuze te kopen en je favoriete carrosseriebouwer de auto af te laten maken door de carrosserie te maken. Het was toen dan ook behoorlijk vergevorderd om alles in huis te kunnen doen in de fabriek van Talbot in Suresnes bij Parijs.
Op de autoshow van 1934 in Parijs stond een prachtige Talbot-cabriolet met koetswerk van Figoni. De auto toonde trots het Figoni-logo en zou model staan voor toekomstige Talbot-Lago's met fabriekscarrosserie. Kort daarna werd de auto geïntroduceerd als de Talbot-Lago T150 C oftewel de “Lago Special”. De T150C is gebouwd op een totaal nieuw chassis. Dankzij het geheime werk van Lago en zijn team, Talbot-Lago, konden we van start gaan zodra de overname was afgerond. De auto's zouden voortaan bekend staan als Talbot-Lago's.
De Talbot-Lago T150 C kwam in twee versies. De Super Sport (SS) en de standaard uitvoering. De SS had een korter chassis gericht op de sportrijdersgemeenschap. De standaard werd voornamelijk gebruikt om een luxe koets te ontvangen, ofwel gebouwd door Talbot-Lago of een andere carrosseriebouwer. De T150 C was voor die tijd een uiterst geavanceerde auto. Talbot-Lago voorzag de T150 C van een aantal baanbrekende eigenschappen. De T150 C had een extra grote carter om de temperatuur onder controle te houden, een motor met hoge compressie, ultramoderne onafhankelijke voorwielophanging en zeer geavanceerde trommelremmen rondom. Het gewichtsverschil tussen de standaard T150 C en de SS was slechts 130 kg. Het chassis van de T150 C weegt slechts 950 kg. De nieuwe 4-liter zescilinder ontwikkelde 140 Ps in de standaardversie. Alleen de Bugatti Type 57 met zijn supercharged motor was een sneller alternatief. De Talbot T150 C en T150 C SS waren verreweg een van de best gebouwde, snelste en best rijdende auto's op de markt.
Anthony Lago zag al snel dat racen een uitstekende manier was om het merk te promoten. Race op zondag, verkoop op maandag, lijkt een even oud gezegde als de auto zelf. Lago bracht René Dreyfus binnen om het nieuw gevormde raceteam Talbot-Lago te leiden. Voor de Franse Grand Prix van 1937 kreeg Dreyfuss één doel en dat was om de Bugatti's zo lang mogelijk voor te blijven, al het andere zou een afleiding zijn. Dreyfuss leek de juiste man voor de baan. Talbot-Lago verscheen met drie auto's aan de start en pas aan het einde van de race moesten ze de Bugatti's doorlaten vanwege mechanische problemen. Bugatti won maar alle drie Talbot-Lago's eindigden in de top 10. Het jaar daarop sloeg het team echt een schot in de roos. De Franse Grand Prix van 1938 zag de Talbot-Lago's een, twee, drie en vijfde finishen. Dat was het begin van een reeks overwinningen waarbij Talbot-Lago de Tourist Trophy in Donnington won en de Monte Carlo Rally van 1938 won. In het seizoen 38/39 waren de Talbot-Lago's meestal niet in staat om de Duitsers te verslaan in hun Auto-Unions en Mercedes, maar scoorde goed dankzij de goede betrouwbaarheid met af en toe een overwinning als de anderen het begaven.
In een paar jaar tijd was het Anthony Lago gelukt om de stervende Talbot om te vormen tot een van de meest prestigieuze automerken ter wereld.
In 1938 werd het originele concept van Figoni gewijzigd en werd het bekend als de serie II. Het herontwerp was bedoeld om gebruiksvriendelijker en gemakkelijker te produceren te zijn. De hoeveelheid herontwerp was aanzienlijk. De zijkanten werden vereenvoudigd en de motorkap werd bovenop de bagageruimte geplaatst in plaats van in de bagageruimte om meer bagageruimte te bieden. De zakelijke Lago greep snel de kans om veel meer geld te verdienen door accessoires aan te bieden. De aerodynamische en gepatenteerde Figoni-grille was een optie. Als een klant hiervoor koos, is de grille gemaakt door Figoni en gemonteerd door Talbot-Lago, zoals het geval is bij onze auto met deze zeer zeldzame grille.
Walter Becchia werkte al voor Lago voordat hij aan zijn Talbot-avontuur begon. Hij werd verantwoordelijk voor het ontwerpen van de 4 liter zescilinder. De motor had verzonken kleppen in de cilinderkop. De motor is ontworpen met halfronde verbrandingskamers die worden geopend en gesloten door kruislings geplaatste klepstoters en een enkele bovenliggende nokkenas. Deze modificaties die Becchia installeerde, verbeterden de luchtstroom van de motoren eindeloos. De verschillende beschikbare motoren werden meestal geselecteerd door de klanten, waarvan de meeste voor de wedstrijdversie gingen. De 4 liter werd vervolgens uitgerust met zuigers met hoge compressie en drie Stromberg-carburateurs. Nu was het eindresultaat een fantastisch chassis en oersterke motor. Het totale pakket was zo goed dat veel eigenaren hun Talbot-Lago's met succes hebben gespeeld!
In totaal heeft Talbot-Lago 51 T150 C's gebouwd, zowel standaard- als SS-versies. Net als alle andere Franse vooroorlogse auto's heeft hij rechtse besturing. De Winston pre-select handgreep is meteen duidelijk op het moment dat je de deur opent. Het is een prachtig stukje techniek in al haar eenvoud. De pre-select is lekker makkelijk in gebruik en liep lichtjaren voor op de standaard gemonteerde handgeschakelde versnellingsbakken van de concurrentie.
Hoewel we niet 100% zeker kunnen zijn, lijkt het erop dat dit specifieke model nieuw is geleverd in de VS. Als dat het geval is, dan is het hoogstwaarschijnlijk geïmporteerd door Luigi Chinetti, die toen de Amerikaanse importeur was voor Talbot-Lago. Hij was niet alleen de importeur maar ook een groot fan van Talbot-Lago en in het bijzonder de T150 C. In een interview ging hij zelfs zo ver om te zeggen dat wat hem betreft de Talbot-Lago T150 C op waterpas stond. met de Alfa Romeo 2.9 die hij zo goed kende van het racen. Het lijkt erop dat de auto later werd verkocht door Otto Zipper's Precision Motor Cars in Santa Monica, die goed bekend was in de racevereniging van de jaren 40 en 50 en handelde in extreem hoogwaardige auto's. In de jaren 60 werd de auto door Briggs Cunningham verkocht aan Wilbur F. Sanders voordat hij werd doorverkocht aan de verzamelaar Peter Mullin. Hij verkocht het op zijn beurt aan Bill Marriot, die het uitleende aan restaurateur David Carte als sjabloon voor de restauratie van een Talbot-Lago T150 C Teardrop. Later werd het verkocht aan de Zwitserse verzamelaar Christopher Gardner. In 2021 is de auto in ongerestaureerde staat aangeboden en gekocht door de voorlaatste eigenaar. Tussen 2012 en 2016 heeft hij een complete moer & bout restauratie laten uitvoeren. Als we de restauratie in één zin zouden moeten typeren, zou het moeten zijn: Allesomvattend en met veel oog voor detail. De auto werd overgespoten in haar originele “Narval Blu” finish. Deskundige ingenieur Jim Stokes in Engeland zorgde voor alle mechanica. De volledig herbouwde motor werd vervolgens getest op de rijbaan en behaalde een vermogen van meer dan 170 pk. Sinds de restauratie heeft de laatste eigenaar de auto naar hartelust gebruikt. Uiteraard is de verzorging perfect verzorgd en nog in topconditie.
De carrosserie is nog in perfecte staat. Het heeft het mooie en dunne, prachtig uitgelijnde paneelwerk dat u van een topklasse voertuig mag verwachten. Het heldere werk, de lichten en spaakwielen zijn allemaal prachtig. De bijpassende blauwe kap ziet er gaaf uit en past feilloos. De blauwe finish is vakkundig aangebracht en ziet er nog uit als een plaatje.
Tijdens de restauratie is er zorg voor gedragen dat de zaak authentiek blijft met de volledige herstoffering. De grijs lederen voor- en achterkant wordt gecomplementeerd door grijze tapijten. Het kleurenschema van de binnenbekleding contrasteert prachtig met de schitterende externe "Narval Blu". Het dashboard is ook in kleur gecodeerd en heeft een prachtig Jaeger-instrumentenpaneel en bedieningselementen in prachtige houten inleg.
Mechanisch is deze auto in topconditie. Deze Talbot-Lago T150 C rijdt net zo goed als hij eruitziet, met andere woorden; fantastisch. De vorige eigenaar ondernam een aantal tochten van meerdere dagen zonder ongelukken. De motor loopt voortreffelijk, de actie van de Wilson pre-select met 4 snelheden is superglad en voelt verrassend modern aan. Zowel de ophanging als de remmen zijn tijdens de restauratie volledig vervangen en voldoen ruimschoots aan hun respectievelijke taken.
Dit is een fantastische en zeer zeldzame 1938Talbot-Lago T150 C "Lago Special". Deze serie II design auto met zijn buitengewoon zeldzame af fabriek gemonteerde Figoni grille is in fantastische staat. Het is niet alleen een van de mooiste ontwerpen die ooit uit de Franse auto-industrie zijn voortgekomen, maar hier, in al zijn glorie, is het ook een van de best rijdende Talbot-Lago's op de markt. Het is in wezen een snelle en modern sturende vooroorlogse auto die op elk concours met open armen zou worden begroet. De waarheid is, naar onze bescheiden mening, dat het veel leuker zou zijn om mee te rijden in evenementen zoals de Mille Miglia.
Gallery Aaldering is Europa's toonaangevende Classic Cars specialist sinds 1975! Altijd 400 Classic en Sportscars op voorraad, kijk op www.gallery-aaldering.com voor de actuele voorraadlijst (alle aangeboden auto's zijn beschikbaar in onze showroom) en verdere informatie. Wij zijn gevestigd nabij de Duitse grens, 95 km van Düsseldorf en 90 km van Amsterdam. Zo gemakkelijk reizen per vliegtuig, trein, taxi en auto. Transport en wereldwijde verzending kan worden geregeld. Geen invoerrechten/invoerkosten binnen Europa. Wij kopen, verkopen en verzorgen de verkoop in consignatie (verkoop in opdracht van de eigenaar). Voor onze Duitse (H-Kennzeichen, TÜV, Fahrzeugbrief, Wertgutachten usw.) en Benelux klanten kunnen wij registratie/papieren regelen/leveren. Gallery Aaldering, Arnhemsestraat 47, 6971 AP Brummen, Nederland. Tel: 0031-575-564055. Kwaliteit, ervaring en transparantie is wat ons onderscheidt. Wij verwelkomen u graag in onze showroom
De geschiedenis van Talbot-Lago leest als een jongensboek. We gaan terug naar het begin van de jaren ’30 van de vorige eeuw. Frankrijk zat stilletjes te wachten tot de klap van de depressie, die in de Verenigde Staten al even daarvoor was doorgekomen, ook Frankrijk zou bereiken. In 1932 kwam de klap en in 1933 was al het werkkapitaal van Talbot verdampt. De in Italië geboren succesvolle zakenman Anthony Lago werd door de Britse mede-eigenaren naar Frankrijk gestuurd om het zinkende schip vlot te trekken. Tussen 1933 en 1935 deed Lago er alles aan om de volledige rechten van Talbot in handen te krijgen. Eind 1934 kwam de deal rond. Tussen 1933 en 1935 begon Lago in het geheim het complete modellengamma en de motoren te vernieuwen. De Britten mochten daar natuurlijk geen weet van hebben omdat de overname prijs dan hoger uit zou vallen. Hij besloot met bepaalde modellen te stoppen, andere door te ontwikkelen en compleet nieuwe modellen te bedenken. De doorontwikkeling van de motoren en transmissies ging gepaard met de introductie van de Wilson pre-select transmissie met vier versnellingen. De keuze voor die transmissie was niet meer dan logisch omdat Anthony Lago de eigenaar van de patenten op het stuk techniek was.
Lago werkte vanaf 1933 samen met Joseph Figoni aan de ontwikkeling van een nieuwe chassis, een gok die zich dubbel en dwars uit zou betalen. Talbot had namelijk, in tegenstelling tot concurrenten zoals Delahaye, de mogelijkheid om zelf carrosserieën te vervaardigen. Vroeger was het volstrekt gebruikelijk om bij de fabrikant van uw keuze een rollend chassis (eigenlijk een complete auto zonder body) te bestellen en die vervolgens bij uw favoriete carrosseriebouwer te laten voorzien van een carrosserie. Het was dus uitzonderlijk modern om in die tijd alles onder één dak te kunnen doen. Talbot’s fabriek stond bij Suresnes vlak naast Parijs.
Op de autosalon van Parijs in 1934 stond een prachtige Talbot Cabriolet met coachbuilt body van Figoni. De auto droeg trots het Figoni logo en zou als basis dienen voor de latere Talbot-Lago’s met fabrieksbody. De auto zou kort daarna worden geintroduceerd onder de naam: Talbot-Lago T150 C of “Lago Specialie” (verder: ” T150 C”). De T150 C stond op een volledig nieuw chassis. Dankzij het geheime ontwikkelingswerk van Lago en zijn team kon Talbot-Lago een vliegende start maken, na het afronden van de overname, het merk zou vanaf dan ook bekend staan als Talbot-Lago.
De Talbot-Lago T150 C was leverbaar in twee uitvoeringen. De Super Sport (SS) en een gewone uitvoering. De SS had een korter chassis en was voornamelijk afgestemd op sportiviteit. Het gewone chassis was voornamelijk geschikt voor het ontvangen van een luxe carrosserie, dan wel door Talbot-Lago zelf vervaardigd, dan wel door een carrosseriebouwer. Voor die tijd was de T150 C een hypermoderne auto. Talbot-Lago gaf de T150 C namelijk de beschikking over een aantal baanbrekende zaken. Zo had de motor van de T150 C een extra groot carter om de temperaturen beheersbaar te houden, een motor met een zeer hoge compressie, een zeer geavanceerde onafhankelijke voorwielophanging en een geavanceerd remsysteem met vier trommels. Het verschil in gewicht tussen de “gewone” T150 C en de SS versie was slechts 130 kilo. Het T150 C chassis woog slechts 950 kilo. De doorontwikkelde vier liter zes-in-lijn motor levert in de gewone versie 140 pk. Eigenlijk was alleen de Bugatti Type 57 met zijn compressor motor een sneller alternatief. De Talbot T150 C en T150 C-SS waren één van de best gebouwde, snelste en best rijdende auto’s op de markt.
Anthony Lago had al gauw door dat de racerij een prima manier was om de aandacht op zijn auto’s te vestigen. Race on Sunday, sell on Monday, lijkt zo oud als de auto zelf. Lago schakelde René Dreyfus in om het nieuw opgerichte Talbot-Lago raceteam te gaan leiden. Voor de Grand Prix van Frankrijk in 1937 kreeg Dreyfus maar één opdracht: zorg dat je zo lang mogelijk voor de Bugatti’s rijdt, de rest is bijzaak. Dreyfus bleek de juiste man. Talbot-Lago verscheen met drie auto’s aan de start en en pas op het einde van de race, na mechanische problemen moesten zij de Bugatti’s laten passeren. Bugatti ging met de overwinning aan de haal maar alle drie de Talbot-Lago’s finishten in de top tien. Het jaar erop was het wel écht raak. In de Grand Prix van Frankrijk in 1938 finishten de Talbot-Lago’s op de eerste, de tweede, de derde en de vijfde plek. Het hek was van de dam en de overwinningen bleven komen. Talbot-Lago pakte een overwinning in Engeland tijdens de Tourist Trophy op Donnington en ook de Monte Carlo Rally van 1938 werd gewonnen. In 1938 en 1939 waren de Talbot-Lago’s meestal niet opgewassen tegen het brute geweld van de Auto Union’s en de Mercedessen uit Duitsland maar vielen zij toch vaak in positieve zin op vanwege de uitstekende betrouwbaarheid en af en toe een goede score als een concurrent stuk ging.
Anthony Lago had in een paar jaar tijd het zieltogende Talbot getransformeerd tot één van de meest prestigieuze auto-merken ter wereld.
In 1938 werd het oorspronkelijke Figoni ontwerp aangepast, de aangepaste versie zou bekend staan als tweede serie. Het design werd aangepast om een ontwerp te creëren dat een groter gebruiksgemak moest leveren en bovendien eenvoudiger te produceren moest zijn. Het aanpassen van het ontwerp was nog behoorlijk omvangrijk. De zijkanten werden vereenvoudigd en de kap kwam achterop de bagageruimte te liggen in plaats van erin te verdwijnen om de T150 C meer bagageruimte te bieden. De gewiekste zakenman, Lago, had al gauw door dat er met de verkoop van meer-uitvoeringen veel geld te verdienen viel. Hij gaf zijn klanten de mogelijkheid om een aerodynamische en gepatenteerde Figoni grille toe te voegen aan de auto. Als een klant deze optie bestelde werd de grille bij Figoni vervaardigd en door Talbot-Lago aan de auto toegevoegd, deze auto is uitgevoerd met deze zeldzame grille.
Walter Becchia werkte al voor het Talbot avontuur voor Anthony Lago. Hij werd verantwoordelijk gemaakt voor het ontwerp van de vier liter zes-in-lijn. De motor was voorzien van verzonken kleppen in de cilinderkop. De motor kreeg halfronde verbrandingskamers die werden geopend en gesloten door kruislings geplaatste klepstoters en een enkele nokkenas boven in de motor. De aanpassingen door Becchia zorgden voor een veel betere beademing van de motor. De motoren werden veelal naar klantwens samengesteld en veel klanten maakten dan ook de keuze voor de competitie uitvoering van deze motor. De vier liter werd dan voorzien van hoge compressie zuigers en drie Stromberg carburateurs. Het eindresultaat was dan niet alleen een fantastisch chassis maar ook een enorm sterke motor. Het totale pakket was zó goed dat meerdere eigenaren met hun Talbot-Lago T150 C’s gingen racen en met succes bovendien!
In totaal heeft Talbot-Lago 51 stuks van de T150 C gebouwd. In die telling zijn zowel de gewone als de SS uitvoeringen meegeteld. Net als alle luxe Franse auto’s van voor de oorlog is het stuur aan de rechterkant gemonteerd. Zodra u het portier opent valt de Winston pre-select hendel direct op. Het is een prachtig stukje techniek in al haar eenvoud. De pre-select is heerlijk eenvoudig te bedienen en liep lichtjaren voor op de standaard gemonteerde handgeschakelde transmissies die werden gebruikt door de concurrenten.
Het is niet met zekerheid te zeggen maar het schijnt dat dit specifieke exemplaar nieuw is geleverd in de Verenigde Staten. In dit geval kan het haast niet anders dan dat de auto is geïmporteerd door Luigi Chinetti die op dat moment de importeur was voor Talbot-Lago in de Verenigde Staten. Hij was niet alleen importeur maar tevens groot liefhebber van het merk en dan met name de Talbot-Lago T150 C. In een interview heeft hij zelfs wel eens aangegeven dat de Talbot-Lago T150 C wat hem betreft op hetzelfde niveau stond als de Alfa Romeo 2.9, die hij vanuit de racerij zo door en door kende. Het schijnt dat de auto later is verkocht door Otto Zipper’s Precision Motor Cars in Santa Monica, die in de jaren ’40 en ’50 bekend stond om de handel en het racen in extreem high-end auto’s. In de jaren ’60 werd de auto door Briggs Cunningham verkocht aan Wilbur F. Sanders. Vervolgens werd de auto gekocht door verzamelaar Peter Mullin die de auto vervolgens verkocht aan Bill Marriot. De auto werd door Marriot’s restaurateur, David Carte, die de auto gebruikte als model tijdens de restauratie van de Talbot-Lago T150 C-SS Teardrop. Daarna werd de auto verkocht aan de Zwitserse verzamelaar Christopher Gardner. De auto werd in 2012 door hem aangeboden in ongerestaureerde staat en is toen aangeschaft door de voorlaatste eigenaar.
Hij besloot de auto tussen 2012 en 2016 volledig nut & bolt te restaureren. Als we de restauratie in één zin zouden moeten samenvatten dan zou het moeten zijn: allesomvattend en enorm veel oog voor detail. De auto is opnieuw gespoten in haar originele kleur “Narval Blu”. De volledige techniek werd in Engeland volledig gereviseerd door specialist Jim Stokes. De volledig gereviseerde motor is op de dynometer afgesteld en levert meer dan 170 pk vermogen. Sinds de restauratie is de auto door de laatste eigenaar goed gebruikt en heeft hij er heerlijk mee gereden. Vanzelfsprekend is de auto perfect verzorgd en verkeert dan ook nog steeds in top conditie.
De carrosserie is nog steeds perfect. Het plaatwerk is mooi dun en de passingen zijn snaar-strak, de carrosserie ziet er uit zoals u mag verwachten van een auto uit de topklasse. De chromen sierlijsten, de lampen, en de spaakwielen zien er eveneens allemaal prachtig uit. De blauwe bijpassende cabrioletkap ziet er uit als nieuw en sluit overal perfect aan. De blauwe lak is tijdens de restauratie top gespoten en ziet er nog steeds prachtig uit.
Het interieur is tijdens de restauratie volledig opnieuw bekleed met veel oog voor originaliteit. Het grijze leder op de stoelen en de achterbank wordt gecompleteerd door grijze tapijten. Het vormt een schitterend contrast tegen de schitterend gespoten “Narval Blu” lak van het exterieur. Het dashboard is eveneens in de kleur van de auto gespoten en voorzien van prachtige Jaeger instrumenten en bedieningselementen en afgezet met prachtige houten sierlijsten.
De techniek is nog steeds topfit. Deze Talbot-Lago T150 C rijdt zoals ze eruit ziet: fantastisch. De vorige eigenaar heeft de auto meermaals ingezet tijdens meerdaagse tochten die de auto altijd zonder problemen heeft volbracht. De motor loopt fantastisch, de Wilson pre-select met vier versnellingen schakelt super soepel en verrassend modern. Het onderstel en de remmen zijn tijdens de restauratie ook volledig vernieuwd en zijn prima op hun taak berekend.
Kortom een fantastische en zeer zeldzame Talbot-Lago T150 C “Lago Speciale” uit 1938 in fantastische staat en uitgevoerd met de zeldzame carrosserie uit de tweede serie en nog zeldzamere door de fabriek gemonteerde Figoni grille. Het is niet alleen één van de mooiste ontwerpen die ooit is voortgebracht door de Franse automobielindustrie maar in de hier gepresenteerde staat ook nog eens één van de best rijdende Talbot-Lago’s op de markt. Het is een snelle en modern rijdende pre-war auto die welkom is op eigenlijk elk concours, maar eigenlijk is het veel leuker om er lekker mee te gaan rijden tijdens evenementen zoals de Mille Miglia.
Die Historie von Talbot-Lago lässt sich lesen wie ein Knabenbuch. Wir fangen an in den 30er Jahren vom vergangenen Jahrhundert. Frankreich hatte in Stille abgewartet bis der Schlag der Depression, welche schon in den Vereinigten Staaten gelandet war, auch in Frankreich landen würde. In dem Jahr 1932 war es dann so weit und in 1933 war das ganze Betriebskapital von Talbot futsch. Der in Italien geboren und erfolgreiche Geschäftsmann Anthony Lago wurde von den britischen Miteigentümer nach Frankreich geschickt um das sinkende Schiff wieder flott zu machen. Zwischen 1933 und 1935 hat Lago alles getan um alle Rechte in die Finger zu bekommen. Am Ende des Jahres 1934 hat er es geschafft, zwischen 1933 und 1935 hat Lago schon heimlich angefangen die komplette Modellpalette und die Motoren zu erneuern. Die britische Miteigentümer sollten dies eigentlich nicht wissen, weil sonst der Übernahmepreis höher gewesen wäre. Er hat sich entschieden mit bestimmten Modellen komplett aufzuhören, andere Modelle weiter zu entwickeln und einige Modelle völlig neu zu entwickeln. Die Weiterentwicklung von Motoren und Getrieben lief zusammen mit der Einführung von dem 4-Gang Wilson Vorwählgetriebe. Die Wahl für dieses Getriebe war logisch, weil Anthony Lago die Patente von dieser Technik besaß.
Herr Lago hatte ab 1933 eine Zusammenarbeit mit Joseph Figoni bei der Entwicklung von einem Chassis und dieses Wagnis hat sich gelohnt. Talbot hatte nämlich, im Gegensatz zu den Konkurrenten, wie Delahaye, die Möglichkeit selbst Karosserien herzustellen. In damaligen Zeiten war es ganz normal um bei dem Fabrikant ein rollendes Chassis (eigentlich ein komplettes Auto ohne Karosserie) zu bestellen und anschließend bei einem
beliebten Karosseriebauer eine schöne Karosserie bauen zu lassen und so ein komplettes Fahrzeug herzustellen. Es war also sehr modern um das ganze Prozess bei einem Hersteller zu bestellen und fabrizieren zu lassen. Die Fabrik von Talbot befand sich bei Suresnes in der Nähe von Paris.
Der Pariser Autosalon von 1934 zeigte dem Publikum ein wunderschönes Talbot Cabriolet mit einer Karosserie von Figoni. Das Auto zeigte mit Stolz das Figoni Logo, welche später die Grundlage war von dem späteren Talbot Logo für die Fahrzeuge mit einer Karosserie ab Werk. Kurz danach wurde das Auto introduziert unter dem Namen: Talbot-Lago T150 C oder als “Lago Specialie“. Der T150 C hatte ein komplett neues Chassis und dank der geheimen Vorbereitungen von Lago konnten seine Mitarbeiter einen fliegenden Start machen. Nach der Übernahme trug die Marke dann auch den Namen Talbot-Lago.
Der Talbot-Lago T150 C hatte zwei Versionen, der Super Sport (SS) und die normale Version. Der SS hatte ein kurzes Chassis und war sehr um das sportliche Fahren zu ermöglichen, das normale Chassis war hauptsächlich gemeint für eine Luxuskarosserie von Talbot-Lago oder von einer selbstständigen Karosseriebauer. Für damalige Zeiten war der T150 C ein hypermodernes Auto, das Fahrzeug hatte nämlich einige bahnbrechende Optionen. So hatte das Auto einen Motor mit einer größeren Ölwanne um den Öltemperatur beherrschbar zu halten, einen Hochkompressionsmotor, eine hoch entwickelte unabhängige Vorderradaufhängung und eine sehr moderne Bremsanlage mit vier Trommelbremsen. Der Gewichtunterschied zwischen dem “Normalen“ T150 C und der SS Version war nur 130 Kilo, das Chassis hat einen Gewicht von nur 950 Kilo. Der weiterentwickelte 4-Zylinder Sechszylinder Linienmotor leistet 140 PS, eigentlich war nur der Bugatti Type 57 mit seinem Kompressor Motor eine schnellere Alternative. Der Talbot T150 C und der Talbot T150 C-SS waren damals eins der am bestgebauten, schnellsten und gut fahrende Autos auf dem Markt.
Anthony Lago hat ziemlich schnell verstanden, dass das Rennfahren eine gute Werbung für seine Autos war. Ein Rennfahren am Sonntag und am Montag Autos verkaufen, funktionierte auch damals schon. Lago hatte René Dreyfus eingeschaltet um das neu gegründete Rennteam zu koordinieren. Bei dem Grand Prix von Frankreich in 1937 hatte Dreyfus nur einen Auftrag: sorge dafür, dass wir so lange wie möglich vor den Bugattis fahren und alles andere ist Nebensache. Dreyfus war der richtige Mann für den Job, Talbot startete mit drei Autos und erst am Ende des Rennen wurden sie von den Bugattis überholt. Der Grund dafür waren mechanische Probleme. Bugatti hatte der Große Preis von Frankreich gewonnen, aber alle Talbot-Lagos endeten in den Top Ten. Das nächste Jahr kam der große Erfolg, sie wurden Erster, Zweiter, Dritter und Fünfter im Rennen. Die Erfolge gingen danach einfach weiter, wie z.B. in England bei der Tourist Trophy auf der Rennstrecke von Donnington und auch die Monte Carlo Rallye von 1938 wurde gewonnen. In 1938 und 1939 kamen die Talbot-Lagos meistens nicht zurecht gegen den Gewalt von Auto Union und Mercedes, aber trotzdem hinterließen die Talbot-Lagos einen guten Eindruck wegen ihrer Zuverlässigkeit und regelmäßig haben die Fahrzeuge auch Punkte gesammelt, wenn etwas bei dem Gegner kaputt gegangen ist.
Anthony Lago hat innerhalb von einigen Jahren die krepierende und schlecht funktionierende Firma Talbot umgeändert bis eins der meist prestigereichen Automarken der Welt.
In 1938 wurde der ursprüngliche Entwurf von Figoni modifiziert, dies wurde die zweite Serie. Das Design wurde geändert um ein Modell zu gestalten mit mehr Wartbarkeit und es sollte einfacher zu produzieren sein. Der Umbau der Karrosserie war doch noch ziemlich umfangreich, sie Seiten wurden vereinfacht und das Verdeck lag jetzt oben auf dem Kofferraum anstatt von in dem Kofferraum. Der T150 C hatte dadurch natürlich ein größeren Kofferraum. Der raffinierte Geschäftsmann Lago verstand schon schnell, dass er mit dem Verkauf von Extras viel Geld verdienen konnte. So hatten Kunden die Möglichkeit den patentierten und aerodynamischen Grill von Figoni als Extra zu bestellen. Wenn der Kunde diese Option bestellte, wurde der Grill bei Figoni angefertigt und danach von Talbot an das Fahrzeug montiert. Dieses Auto hat diesen seltenen Kühlergrill.
Walter Becchia hatte schon für Anthony Lago gearbeitet, bevor das Talbot Abenteuer angefangen hat. Er war verantwortlich für den Entwurf von dem 4-Liter Sechszylinder Linienmotor, dieser Motor hatte versenkte Ventile im Zylinderkopf. Der Motor hatte halbrunde Brennräume, welche geöffnet wurden von quer platzierten Ventilhebern und einer einzigen oberliegenden Nockenwelle. Diese Modifizierungen von Becchia sorgten für eine viel bessere Belüftung des Motors. Die Motoren wurden meistens nach Kundenwunsch zusammengestellt und viele Kunden wählten sich dann auch diesen Sportmotor aus. Der 4-Liter Motor bekam dann spezielle Hochkompressionskolben und drei Vergaser der Marke Stromberg. Das Endergebnis war nicht nur ein fantastisches Chassis, aber auch einen sehr starken Motor. Das Gesamtergebnis war so gut, dass mehrere Eigentümer erfolgreich an Autorennen teilgenommen haben.
Insgesamt hat Talbot-Lago 51 Exemplare von dem T150 C produziert und das sind sowohl die normale als die SS Modelle. Wie alle französische Vorkriegs Luxusfahrzeuge wurde auch dieses Auto als Rechtslenker hergestellt. Beim Öffnen von den Türen fällt sofort der Hebel von dem Winston Vorwählgetriebe auf, ein wunderschönes Stückchen Technik, wie einfach es auch ist. Das Vorwählgetriebe lässt sich leicht bedienen und war damals ihre Zeit meilenweit voraus im Vergleich zu den standardmontierten Schaltgetrieben der Konkurrenten.
Es steht nicht bis zu 100% fest, aber wahrscheinlich wurde dieses Exemplar neu geliefert in den USA, es muss dann eigentlich importiert sein von Luigi Chinetti, er war damals Importeur von Talbot-Lago in den USA. Er war nicht nur Importeur, aber auch ein echter Liebhaber der Marke und dann vor allem von dem Modell T150 C. Bei einem Interview hat er mal gesagt, dass der Talbot-Lago T150 C, was ihm anbelangt das gleiche Niveau hatte wie ein Alfa Romeo 2.9. Dieses Auto kannte er durch und durch von dem Autorennen. Es scheint, dass das Auto später verkauft wurde von Otto Zipper’s Pecision Motor Cars in Santa Monica, Kalifornien. Diese renommierte Firma hat in den 40er und 50er Jahren viele Luxusfahrzeuge verhandelt, womit dann Rennen gefahren worden sind. In den 60er Jahren wurde das Auto von Briggs Cunningham verkauft an Wilbur F. Sanders, anschließend wurde es dann gekauft von dem Sammler Peter Mullin und er hat das Auto wieder verkauft an Bill Mariot. David Carte, der Restaurator von Herrn Mariot, hat das Auto als
Model benutzt bei der Restaurierung von dem Talbot-Lago T150 C-SS Teardrop. Danach wurde der Talbot verkauft an Christopher Gardner, ein Sammler aus der Schweiz. Er hat das Auto in 2012 wieder verkauft in einem nicht restaurierten Zustand, es wurde dann von dem vorletzten Besitzer gekauft.
Er hat sich entschieden das Auto zwischen 2012 und 2016 komplett (Nutt & Bolt) zu restaurieren. Die Restaurierung war allesumfassend und wurde mit sehr viel Auge fürs Detail gemacht. Das Auto wurde neulackiert in der Originalfarbe “Narval Blu“. Die komplette Technik wurde in England revidiert von dem Spezialisten Jim Stokes. Der komplett revidierte Motor wurde auf dem Dynometer Prüfstand eingestellt und leistet 170 PS. Seit der Restaurierung wurde das Auto vernünftig gefahren von dem Eigentümer und er hat es mit vollen Zügen genossen. Selbstverständlich wurde der Talbot tipptopp gepflegt, das Auto befindet sich dementsprechend noch immer in einem Topzustand.
Die Karosserie sieht noch immer perfekt aus, sie hat dünnes Blech und die Passungen sind sehr schön. Das Auto sieht aus, wie ein Fahrzeug aus der Oberkasse aussehen soll. Die Chromzierleisten, die Scheinwerfer und die Speichenfelgen sehen alle wunderschön aus. Das dazu passende Sommerverdeck sieht aus wie neu und lässt sich perfekt schließen. Der Blaue Lack wurde bei der Restaurierung fachmännisch verarbeitet und befindet sich noch immer in einem wunderschönen Zustand.
Das Interieur wurde bei der Restaurierung komplett und mit viel Auge für die Originalität neu gemacht. Das graue Leder auf den Sitzen und auf dem Rücksitzbank wird komplettiert mit einem grauen Teppich es bildet einen schönen Kontrast mit der “Naval Blu“ Lackierung. Das Armaturenbrett wurde mitlackiert in der Wagenfarbe, es hat wunderschöne Jaeger Instrumente und fantastische Holzeinlagen.
Die Technik ist noch immer kerngesund und dieser Talbot-Lago T150 C fährt genauso wie das Auto aussieht: fantastisch! Der Vorbesitzer hat das Auto öfters und immer problemlos benutzt bei mehrtägigen Veranstaltungen. Der Motor läuft wunderschön, das 4-Gang Wilson Vorwählgetriebe schaltet geschmeidig und überraschend modern. Das Fahrgestell und die Bremsanlage wurden beide bei der Restaurierung komplett erneuert und befinden sich also in einem Topzustand.
Ein fantastsicher und sehr seltener Talbot-Lago T150 C “Lago Speciale“ aus dem Jahr 1938. Das Auto befindet sich in einem fantastischen Zustand und hat die seltene Karosserie aus der 2. Serie und den ab Werk und noch seltener Figoni Kühlergrill. Es ist nicht nur eins der meist fantastischen Entwürfe aus der französischen Automobilindustrie, aber in diesem Zustand auch eins der bestfahrenden Talbot-Lagos welche auf dem Markt zu finden sind. Es ist ein schneller und modern fahrender Vorkriegsauto, welche bei jeder Veranstaltung gern gesehen ist. Eigentlich ist es noch viel schöner mit dem Auto z.B. die Mille Miglia zu fahren.
Die Gallery Aaldering in den Niederlanden existiert seit 1975 und ist Marktführer in Europa im Bereich von klassischen Fahzreugen. Es sind immer 400 klassische Fahzreuge und Sportwagen auf Vorrat. Bitte besuchen Sie unsere Website www.gallery-aaldering.com für den aktuellen Vorrat und weitere Informationen. Alle gezeigte Fahrzeuge sind zu besichtingen in unseren Ausstellungsräumen. Wir haben unseren Sitz unweit der deutschen Grenze, 95 Km Entfernung von Düsseldorf und 90 Km Entfernung von Amsterdam, gut erreichbar mit dem Zug, Auto, Taxi und Flugzeug. Transport und Versand weltweit kann versorgt werden, innerhalb von Europa fallen keine Importsteuern oder Zollkosten an. Unsere Kerntätigkeiten sind Ankauf, Verkauf und Konsignationverkauf. (im Auftrag vom Kunde) Wir versorgen alle Zulassungsunterlagen (H-Kennzeichen, Fahrzeugbrief, Wertgutachten usw.) für unsere deutsche- und Beneluxkunden. Bei uns können Sie auch leasen oder finanzieren! Unser Leasingpartner bietet maßgeschneiderte Lösungen für private und gewerbliche Kunden. Gallery Aaldering, Arnhemsestraat 47, 6971 AP Brummen in den Niederlanden. T. 0031-575-564055 Qualität, Erfahrung und Transparenz sind unsere besondere Merkmale! Wir freuen und auf Ihren Besuch.